Het is zaterdagochtend. Al vroeg rij ik met een achterbank vol voetbalpupillen naar de openingswedstrijd van het nieuwe seizoen. Eén van de koters, hij is nog geen 10 jaar, praat me in VI-terminologie bij over de wedstrijd die hij vorige week al mocht spelen met een hoger team. Nèt verloren, 1-5. Als een echte prof daaraan toevoegend: “het was allemaal de schuld van de scheids.” Om vervolgens in een tirade los te barsten over al het onrecht dat hen was aangedaan.
Ondanks dat het weekend was, moest ik onwillekeurig denken aan veel van mijn concullega’s in het testvak. Hè, waarom nou toch zo’n vervelende gedachte?
Het onderwerp liet me niet los. Telkens doemden ze weer op. Die testmanager, die een dik testplan schreef waarin eigenlijk alleen maar stond dat hij zijn werk niet kon doen als de randvoorwaarden niet zouden worden ingevuld; maar over zijn eigen aanpak bleef hij nogal vaag.
Daar was ook die testcoördinator die in zijn testrapport melding maakte van alles wat andere afdelingen hadden nagelaten, waardoor zijn team niet had kunnen testen en ze veel uitloop hadden. Van de weeromstuit was hij in de rapportage zelfs vergeten te melden wat nou eigenlijk de kwaliteit van het testobject was. En testers, echt waar, hele teams, die bij elk productie-incident wisten te melden: “Zie je wel: ik had het toch al gezegd? Waarom wilde niemand naar me luisteren?” Soms, heel soms, dreigde zelfs mijn eigen handelen op te doemen, maar die onprettige gedachte kon ik gauw weer verdringen.
Gaandeweg de dag begon ik het probleem te analyseren. De term pro-actief kwam langs. Schieten we als testprofessionals niet te snel en te vaak in de reactieve modus? Het ligt vaak aan anderen als het fout gaat of als we activiteiten niet kunnen uitvoeren. Maar is dat ook zo? Nemen we onze eigen verantwoordelijkheid? Zijn we voldoende pro-actief in lastige situaties? Doen we genoeg moeite om complexe vraagstukken te doorgronden, zodat we het kunnen overzien en doorzien? Steken we voldoende effort in het communiceren over het belang, zodat andere betrokken partijen goed op de hoogte zijn en met hetzelfde commitment aan de slag gaan?
Testplannen en testrapporten zijn niet bedoeld als indekdocumenten om jezelf te vrijwaren van problemen. Ze moeten getuigen van een doordachte aanpak en inzicht geven in kwaliteit. Helaas kom ik (te)veel projectmanagers tegen die teleurgesteld geen eens meer vragen om dergelijke documentatie. Bij doorvragen hebben ze best behoefte maar in de praktijk te weinig goede voorbeelden gezien.
Is deze problematiek bij testers erger dan bij andere disciplines? Soms denk ik van wel. We zijn zo enorm betrokken bij de kwaliteit, dat we alle tekortkomingen onszelf (te) zwaar aanrekenen. En dan is het nog maar een kleine stap om jezelf in te gaan dekken of vrij te gaan pleiten. Voor je het weet ben je veranderd van een pro-actieve testprofessional die fouten wilt voorkomen in een reactieve “tester” die te laat en te weinig oplevert.
Pro-actief. Het woord komt ook voor in het beroemde boek van Stephen Covey. Hij voorspelt je zelfs een paradigma-verschuiving als je de kunst verstaat om van binnen naar buiten te werken. Het ligt niet aan de ander, maar eerst moeten we met onze eigen waarnemingen, interpretaties en ervaringen aan de slag. En onze pupil? Het voetballertje zullen we nog even moeten coachen. Hij mag leren dat ook in zijn eigen spel nog veel zaken beter kunnen. Misschien overtreft dat wel in grote mate de kleine tekortkomingen die ook een scheidsrechter kan hebben. Ondertussen ben ik hem dankbaar voor zijn aanleiding van mijn analyse, want er valt nog genoeg te verbeteren.